HISTORIEK VAN DE VASTENKRUISWEG
De Vastenkruisweg door de binnenstad van Veurne werd voor de eerste keer in 1626 georganiseerd door pater Jacob Clou.
Deze monnik van de Veurnse Sint Niklaasabdij kwam op dit idee tijdens een reis naar de Norbertijnerabdij van Drongen. Tijdens deze tocht werd Jacob Clou zo zwaar ziek dat zijn gastvrouw en Jan van Waterleet, zijn reisgezel, besloten te Akkerghem(Gent) deel te nemen aan de kruisweg om er te bidden voor de genezing van hun vriend. De eigenzinnige Clou wou echter zelf deelnemen aan deze kruisweg. Toen hij met de grootste moeite de laatste statie had bereikt, voelde hij zich plots genezen.
Voor de kruisweg in Veurne gebruikte Jacob Clou de bezinningsteksten die in Akkerghem werden gebruikt. Deze teksten, opgesteld door Michiel Zachmoorter, landsdeken van Deinze, waren in 1623 gebundeld in de ‘sponsus sanguineus’.
Tot op vandaag worden deze oud-Vlaamse bezinningsteksten voorgelezen bij elke statie van de Veurnse kruisweg, die zoals vroeger in Akkerghem ook uitzonderlijk achttien staties telt.
DE WEG VAN ‘T BITTER LIJDEN ONZES HEREN JESUS-CHRISTUS.
Met het getal der voetstappen en de afdeeling der plaatsen, door dewelke onze Zaligmaker eertijds binnen en buiten Jerusalem naar de dood des Kruises, voor de zaligheid der wereld, geleid is geweest, waren in alles vijf duizend zeven honderd een-en-vijftig treden.
De Staties en de situering
‘Christus benauwd tot der dood, valt ter aarde op zijn H. Aangezicht, bidt en zweet water en bloed’
O Heer Jesus, alle onze hoop, liefde en zaligheid, versmoor toch in deze eerste bloedstorting onze menigvuldige zonden, die uit het binnenste onzer ziel ons leed zijn.
O God, wij bidden u ootmoediglijk door dit droevig beginsel, door uwe krachtige GEBEDen, door die bloedige tranen, door dezen benauwden strijd uwer ziel, verzoet onze droefheid, droog onze tranen, ontsteek onze GEBEDen, leid ons door eenen nieuwen weg des deugdelijken levens naar uwen allerliefsten wil, opdat wij hier beginnen met alle liefde U te loven en te danken en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Jesus gaat van het Hofken zijne vijanden te gemoet, langs eenen gang van veertig treden.
‘Hier wordt de Verlosser der wereld van zijnen verrader gekust, aan de Joden geleverd, als roover en moordenaar gevangen, gekoord, getrokken en gesleept’
O minnaar der zielen, die uwe gezworen vijanden zijt te gemoet gekomen, die U van den verrader Judas hebt laten kussen, die als een misdadiger U hebt laten vangen, binden en trekken, wij bidden U hertelijk, beneem de kracht aan al onze zienlijke en onzienlijke vijanden, wil toch onze zondige ziel genadig ontmoeten, namenlijk in de benauwde uur onzer dood; bind ons van nu af sterk aan de banden uwer krachtige liefde, opdat wij hier beginnen met alle liefde U te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen.
Amen.
DE WEG.
Christus is van deze plaats geleid, getrokken, gesleept tot Annas, door eenen weg over de Beek van Cedron, van twee duizend 360 treden.
Onze Heer Jesus wordt jammerlijk door het water van Cedron gesleept, terwijl men Hem bespot, belastert en begekt.
Waarom zijt gij, o Heer, van eenieder gestooten en aldus door de beek van Cedron gesleept, ten zij om ons te leeren dat wij immers U zouden bijstaan, U door nat en droog volgen, en kloekmoedig verdragen al wat ons in den weg des levens te lijden staat, tot der dood toe.
Zend uwe heilige gratie, o Heer, en leid, ja, trek ons sterkelijk naar uwen uitersten wil, door de wegen onzer allerzekerste zaligheid, opdat wij hier beginnen met alle liefde U te loven en te danken, en hiernamaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen.
Amen.
‘Na eenen zwaren en pijnlijken weg, komt Jesus voor Annas, alwaar hij zeer wreedelijk in zijn H. Aanschijn geslagen wordt’
Oh! hoe lang zullen wij nog staan op de eer der wereld, en grootachting onzes zelven. O groote God! die met zoo menige versmaadheid en lastering tot Annas getrokken zijt, en daar zoo schandelijk en gruwzaam op uwe heilige wangen geslagen zijt geweest, wij bidden U in alle ootmoedigheid, wil ons volkomene gratie geven om alle tegenspraak, schimpen en ongelijk dat ons overkomt, lijdzaam te verdragen, opdat wij hier beginnen met alle liefde U te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen.
Amen.
DE WEG.
Jesus wordt van Annas tot Caiphas versmadelijk geleid, langs eenen weg van drie honderd en dertig treden.
‘In ’t huis van dezen opperpriester wordt hij in den nacht gruwelijk behandeld, geslagen, gestooten, de oogen verbonden, met den haire getrokken, bespogen en verscheidelijk beschimpt’
GEBED.
O krachtige God, die met eenen wenk alleen kunt hemel en aarde doen schudden en beven, hoe zie ik U hier aldus van deze lasteraars vernederd, verdrukt, verbonden, getrokken, bespot, gestooten, bespogen, en gij lijdt dit al, o onuitsprekelijke Goedheid, zonder U het minste te wreken, zonder deze onbeschaamde menschen en verworpen wormen der aarde met bliksems en donderslagen te vernielen. O lijdzaamheid! o goedertierenheid! o zachtmoedigheid! zal ik nu klagen over het verdriet, schade, schande of droefheid die mij ergens iemand aangedaan heeft?
Ik werp mij voor uwe heilige voelen, o Heer Jesus, en leg van nu grondelijk af allen haat en nijd, alle wraak, afgunstigheid en afkeer; ik vergeef ook gansch uit der herten het ongelijk dat mij ooit iemand gedaan heeft. Over zulks verzoek ik vuriglijk, voor mij en alle menschen, vergiffenis van alle zonden, opdat wij hier beginnen met alle liefde U te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen Amen.
DE WEG.
Jesus wordt van Caïphas tol Pilatus met groot gerucht voortgezonden, langs eenen weg van duizend treden.
‘De onnoozele leeraarder waarheid is met verscheide valsche getuigenissen en scheldingen, voor den rechter Pilatus beschuldigd’
GEBED.
O waarachtige eeuwige God, die voor ons valschelijk door Pilatus zijt beschuldigd geweest, geef ons altijd, in alles de oprechte waarheid te belijden,verleen ons opene en klare kennis onzer boosheden, opdat wij van dezelve met groot berouw bij uwen stadhouder ons zouden beschuldigen, en in het laatste oordeel voor de gansche wereld mogen onbeschuldigd gevonden worden, en aldus hier beginnen met alle liefde U te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Van ’t paleis van Pontius Pilatus wordt Christus verzonden tot het hof des konings Herodes langs eenen weg van drie honderd en vijftig treden.
‘De wijsheid des vaders Jesus-Christus is van Herodes voor eenen zot gehouden, met een wit kleed gekleed, en met menigvuldige beschimpingen wedergezonden naar Pilalus’
GEBED.
O wettelijke regler der levenden en dooden, die voor ons met zoo menige spotternij en versmaadheid van d’eene vierschaar tot d’andere, en van rechter tot rechter verzonden zijt geweest, hoe lang zullen wij uwe goede vermaningen, uwe heilige inspraken van dag tot dag, van maande tot maande, verzenden, hoe lang de betering des levens, de deugdelijke voornemens uitstellen?
O verduldige Heer, wil ons vromelijk bijstaan, opdat wij van deze wijle en oogen- blik ons zondig leven, beginnen te beteren, en bekleed worden met het sneeuwwit kleed uwer zuivere gratie, bijzonder sieraad der deugd, door dewelke wij U meest mogen behagen, en aldus hier beginnen met alle liefde U te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Van Herodes tot Pilatus is Jesus wederom getrokken door eenen anderen omkeer van zes honderd treden.
De schepper van hemel en aarde wordt hier gruwelijk behandeld, schroomelijk ge- geeseld en onmenschelijk verscheurd.
GEBED.
Is het wel mogelijk, dat wij onze zinnelijkheid, kwade lusten, onbehoorlijke ge- noegten, oneerlijke begeerten nog zoeken te volgen, daar wij vastelijk gelooven dat de natuurlijke Zoon Gods voor deze onze zonden staat verscheurd, en opengehaald aan de kolom?
O allerliefste Zaligmaker, wij smeeken en bidden U, door de wreede bloedige slagen, door de felle pijnen, door dat dierbaar bloed van alle kanten uitgestort, blusch toch dat blakende vuur en dien onmatigen brand der doodelijke wellusten; ontsteek ons hert met eenen onuitblusschelijken haat der schadelijke zinnelijkheid en aller zonden, met eenen gedurigen en krachtigen iever der deugden, opdat wij hier beginnen met alle liefde U te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
IN HETZELFDE HOF VAN PILATUS.
De scherpe doornen kroon is met onverdraaglijke pijn in ’t allerteerste hoofd onzes Zaligmakers geperst en gedrukt; alzoo doorsteken en doorwond, wordt Hij den volke vertoond en daarna verwezen tot de allerschandelijkste dood des kruises.
GEBED.
Genadige Heer, wie is er van ons die iets zulks voor U geleden heeft? Ja, wij moeten met schaamte bekennen dat onze hooveerdij en andere menige zonden deze doornen gevlochten hebben. O God en Mensch, waarom zullen wij voortaan deze elsens nog dieper indrukken en dit groot torment met nieuwe zonden ververschen? Verre zij dat van ons, o Heer Jesus!
Over zulks, door deze uwe benauwdheid, weer van onze ziel af hetgeen dat u mishaagt en ons in de uur der dood zoude kunnen pramen en benauwen, opdat wij aldus van nu af beginnen met alle liefde U te loven en te danken en hier namaals met al de heiligen in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
NOG IN ‘T ZELFDE HOF VAN PILATÜS.
Ecce Homo.
Pilatus toont Jesus aan de Joden, om hen, door zijne deerlijke gesteltenis, tot medelijden te bewegen; maar zij riepen even hard: Kruist hem! kruist hem!
GEBED.
O allerschoonste onder de kinderen der menschen, gij wordt van Pilatus hier ten toon gesteld teenemaal verscheurd en vol wonden, gekroond met doornen, beschimpt met een riet en purperen mantel, zijpende van den bloede, en bevende van koude; daarentusschen, de Joden, door dewelke gij dit al lijdt, daar zij behooren medelijden met U te hebben, worden ontsteken tot meerdere gramschap en razernij, en willen U niet aanzien; zij achten eenen moordenaar beter als U, en verzoe-ken U ter dood des kruises!
O Heer, wees mij genadig; ach! hoe dikmaals wordt gij mij door sermoenen en schilderien, teenemaal doorwond en bebloed, ook voor oogen gesteld, en ik, als een van de Joden, word nooit waarachtiglijk geroerd tot medelijden, noch tot dankbaarheid, noch tot afstand van zonden.
O Heer, vergeef mij deze onbeweeglijkheid en ondankbaarheid en geef mij de gratie dat ik met de oogen mijner ziel gedurig U zoo gruwelijk doorwond en mismaakt hier mag aanschouwen, beminnen, beweenen, prijzen, loven en danken, en namaals met uwe heiligen zingen: Heer, gij hebt ons verlost door uw H. Bloed! U zij lof, prijs, eere en dank door alle eeuwigheid. Amen.
DE WEG.
Christus is uit het paleis van Pilatus voortgeleid geweest ter plaats der kruisdraging, langs eenen gang van zes-en-twintig treden.
Hier begint de bloedige weg van Christus, onzen Zaligmaker gebenedijd, wezende van dertien honderd en een-en twintig treden.
‘Hier wordt de zware boom des kruises op de gekwetste en opene schouderen van Jesus-Christus geleid’
Wij verwonderen ons, o beminder der menschen, dat gij na zoo veel onverdrage- lijke pijnen, zoo gewillig aenveerd dat zwaar kruis op uwe doorwonde schouderen ter liefde van ons, en dat wij altijd het onze afschudden en versteken.
O grondelooze goedheid, geef ons toch vromigheid en gedurigen moed, opdat wij geerne en gewillig, al het lijden dat U belieft ons op te leggen, mogen verdragen ter eere en liefde van U, die om onzen ’t wille dien droevigen weg met bloedige voetstappen hebt ingetreden, en het zwaar kruis hebt opgenomen, opdat wij aldus hier beginnen met oprechte liefde U te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Jesus is met het kruis voortgegaan tot tachentig treden.
‘Deze plaats is Caurus of Corus genaamd, alwaar onze Verlosser vooreerst bezwijkt onder het zwaar gewicht des kruises; Hij valt jammerlijk ter aarde, en wordt met stooten en slagen wreedelijk opgejaagd’
Oh! hoe groot en zwaar zijn mijne zonden, die den krachtigen Zoon Gods onder het kruis doen bezwijken; o Heer! wie kan U hier verlichten en troosten? Ik zelve, is ’t dat ik verzaak en verlaat al mijne boosheid, kwade begeerlijkheden, oorzaak van uwen val. Is het mogelijk, o mijn God, die daar ligt onder de voeten der menschen, dat ik u nu voortaan noch zal willen met zonden bezwaren en verdrukken?
O bermhertige God, geef mij en alle menschen gratie door dezelfde verdrukking, dat wij met een kloek en sterk voornemen mogen geheel het pak zonden afleggen en uwe pijn verminderen, met het aannemen van een nieuw leven, opdat wij aldus hier beginnen met alle liefde U te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Jesus is voortgetrokken tot een-en zestig treden.
‘De allerbedroefdste moeder met een onuitsprekelijk medelijden, komt haren aller- liefsten Zoon te gemoet’
O bedroefde maagd, o moeder vol rouw, zie daar is uw allerliefste Zoon teenemaal ontschapen en doorwond; hoe wreed en straf doorgaat een zweerd des druks en medelijden uwe teedere ziel! Deel toch onder ons deze droefheid, doorsnijd onze herten met deernis; beweeg ons gemoed over het allersmertelijkste lijden van uwen natuurlijken Zoon onzen Heer en God, opdat wij aldus hier beginnen met alle liefde, U en Hem te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen, Amen.
DE WEG.
Christus trekt voort langs eenen weg van een- en-zeventig treden.
‘Een driehoek, daar Simon van Cirenen gedwongen is geweest het kruis te helpen dragen, opdat onze Zaligmaker onder hetzelve niet zoude blijven’
Ik bemerk, o Heer, dat gij overlast en vermoeid zijt: o dit kruis valt u zoo zwaar om dragen, en dat gij begeert door ons geholpen te worden, dat is dat wij elkanders kruis, verdriet, pijn en kwelling zouden ter liefde van U geerne helpen dragen; wil dus ons in alle zwarigheden gestadig bijstaan en het meeste last vooren dragen; geef ons deze gratie, Heer, en aldus zullen wij te zamen beginnen met alle liefde U te loven en te danken en hier namaals met al de heiligen in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Jesus gaat voort tot honderd een-en-negentig treden.
Hier gaf Veronica onzen Heere den doek opdat Hij zijn gebenedijd aanschijn droogen zou.
Toen drukte Jesus zijn aangezicht daar volmaaktelijk in en gaf hem haar weder tot een teeken van groote liefde.
GEBED.
O minnelijke Heer Jesus Christus, eeuwigen lof en eer moet U altijd wezen; ik dank u voor al uw lijden en voetstappen, die gij, met het zwaar kruis geladen, voor mij, arme zondaar, gedaan hebt. Gij vielt zoo dikwijls met de doornen kroon tegen de harde steenen, en de Joden heften u zoo ongenadig weder op, dat uw gebenedijd aangezicht met uw bloed en heilige tranen overgoten was, zoo dat men nauwelijks eene menschelijke gedaante aan U erkennen kon. O goedertierene hemelsche Vorst, ik arm schepsel, die in mijne zonden verdronken ben bid U, dat gij mij daar uit helpen wildet, en print uw goddelijk aanschijn in den grond mijner ziel, opdat ik hier zoo in uwen goddelijken wil voortgaan mag, dat ik na dit vergankelijk leven, met alle uitverkorene heiligen, uw glorieus aanschijn in volle blijdschap aanschouwen mag. Amen.
‘De plaats genaamd Porta judiciaria, alwaar de Zoon Gods wederom met het kruis ter aarde valt’
GEBED.
Christus Jesus, door wiens woord alle menschen en engelen met de elementen blijven slaan, gij valt hier wederom ter aarde tusschen al deze versmaadheden en verwerpingen; wij belijden openlijk en bekennen dat gij alleen onze wettelijke koning en God zijt, dus willen wij U met alle ootmoedigheid en eerbied aanbidden, in U vastelijk gelooven, op uwe oneindelijke verdiensten betrouwen, en met ganscher herten wenschen om uwe goedertieren gratie, opdat wij hier beginnen met alle liefde U te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Jesus wordt nog voortgeleid langs eenen weg van drie honderd acht-en-veertig treden.
‘Eenen zekeren tweehoek waar Christus-Jesus de bedroefde en weenende vrouwen aldus aangesproken heeft: Gij, dochteren van Jerusalem, wilt niet weenen over mij, maar weent over u zelven en over uwe kinderen’
O allerliefste Heer! mogen wij geene tranen over uw fel lijden storten, dat wij immers bitterlijk weenen over onze ontellijke zonden, eenige oorzaak van al deze smerten en tormenten. Och wie zal mijnen hoofde water geven en eene fontein der tranen: opdat ik mag beweenen dag en nacht al mijne misdaden: o Heer! wie kan ons kwaad hert doorgronden, en al onze boosheid verstaan? O bermherlige God! door al uwe droefheid en overvloedige smerten, verlos en zuiver ons van alle bekende en verborgene zonden, opdat wij hier beginnen met alle liefde U te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Jesus gaat voort naar den berg van Calvarie door eenen weg van honderd een en-zestig treden.
‘Aen den voet of opgang des bergs van Calvarie, daar onze Zaligmaker van bloedstorten en vermoeidheid overlast is geweest, valt hij voor de laatste maal’
GEBED.
Hoe dikwijls vallen en hervallen wij door krankmoedigheid en menschelijke broosheid in onze oude gebreken, o Heer Jesus! Wij bidden door dezen uwen laatsten val, dat het mag de laatste maal wezen, dat wij in zonden gevallen zijn. Verleen ons nieuwe gratie om met verschen moed van deugd tot deugd voort te gaan, en tot het einde onzes levens kloekelijk te volherden, opdat wij aldus beginnen met alle liefde U te loven en te danken, en hiernamaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Jesus klimt voort henen tot achttien treden.
‘Hier worden, met onuitsprekelijke pijn en vernieuwen van de zware wonden en vergieten des dierbaren bloeds, de kleederen van Christus-Jesus wreedelijk uitgetrokken. De Joden bieden Hem wijn aan, gemengeld met gal en myrrhe’
GEBED.
O God, verhoor onze verzuchten en innige begeerte. Is het nog niet genoeg geleden voor ons, kranke en ellendige menschen? Waartoe deze nieuwe stroom van bloed? O grondelooze liefde, o oneindelijke goedheid, wij verzoeken u uit aller herten, door deze vernieuwde wonden en verscheurde leden, door de bittere gal en myrrhe, laat ons eerder sterven dan eenige bitterheid en gal van haat en nijd tegen iemand in ’t hert te dragen en alzoo het kleed der broederlijke liefde te scheuren. Geef ons dan de gratie, o Heer, opdat wij aldus beginnen met alle liefde U te loven en te danken en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Jesus wordt alzoo getrokken tot twaalf treden.
‘Ziet hier den almogenden God ter aarden geworpen op het kruis, ziet hem doorwond aan hout gespannen en schroomelijk doornageld’
GEBED.
Ik werp mij ter aarde met u, o Heer, en nagel hier tezamen handen en voeten, hert, liefde en al mijne begeerten, opdat ik van U nimmermeer moge scheiden, noch op eenig ander schepsel mijne zinnen en hert laten vallen, dan op hetgene welk mij zoo krachtig, zoo hertelijk, zoo gedurig, en tot zulke dood toe, bemind heeft. O God! laat ons toch van nu af beginnen U te loven en te danken en hier namaals met al de heiligen in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Jesus wordt van daar voortgesleept tot 14 treden.
‘Hier hangt, tusschen hemel en aarde, de waarachtige zoon Gods, Verlosser der wereld en Zaligmaker Christus-Jesus, van den hoofde tot de voeten doorwond, en sterft de allerschandelijkste en allerbitterste dood voor uwe zaligheid’
GEBED
O God en mensch! O heilig Kruis! o heilig Bloed! o zuchten en tranen! o bittere dood! is dit niet genoeg om mij te bewegen? de engelen weenen, de zon verandert, de steenen bersten, de graven gaan open, de hemel en de elementen worden heel beroerd.
O bloedige wonden, o scherpe doornen! o groeve nagelen! doorwondt mijn hert, drukt in het diepste mijns gemoeds al dit lijden en deze onuitsprekelijke liefde mijns Zaligmakers. En waarom, o Heer, zal ik iets anders zoeken of beminnen dan U? waarom zal ik mijne oude zonden en kwade lusten volgen? waartoe begeer ik mijne eigene verderfenis en eeuwige dood.
O Heer Jesus, die door uwe oneindelijke genade mij de hel gesloten en den hemel geopend hebt, trekt nu mijne arme ziel geweldig tot u, en maak dat niet te vergeefs uw edel en kostelijk bloed uitgestort worde; maar geef mij toch gratie, dat ik met alle menschen van nu af begin met alle liefde U te loven en te danken, en hier namaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE WEG.
Van het Kruis is het H. Lichaam onzes Zaligmakers ten grave gedragen geweest langs eenen weg van honderd en acht treden.
‘Het allerweerdigste lichaam van Jesus-Christus is, met allerkostelijkste zalf gebalsemd, in een zuiver kleed gewonden geweest. De edele Joseph van Arimathien en Nicodemus, met de H. Moeder Gods Maria, en sommige godvruchtige vrouwen hebben hetzelve, met den hoofde westwaarts, in een steenen graf begraven’
GEBED
O hemelsche Vader! zie daar is uw Zoon die mij zoo verre bemind heeft: zijne stil- zwijgendheid, zijne dood, zijne wonden die spreken, deze roode opene leden, dit verscheurd lichaam, dit bloed dat roept krachtelijk tot u, niet om wraak, maar om genade. O minnaar der zielen, toon ons immers nu deze bermherligheid, dat wij hier al onze gewoonten en zonden begraven, en spoedig tot een nieuw leven opstaan, en teenemaal verrijzen; opdat wij alzoo beginnen met alle liefde U, met uwen gebenedijden Zoon en den H. Geest, van nu af te loven en te danken, en hiernamaals met al de heiligen, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
Situering van de staties
Deelnemen aan de kruisweg
De vastenkruisweg is geen processie om naar te kijken. Het is een tocht door het avondlijke centrum van Veurne, waaraan ieder die het wil, kosteloos kan deelnemen. Om 20.00 uur stipt wordt de eerste bezinningstekst voorgelezen in de Sint-Niklaaskerk. Nadien verlaten de deelnemers deze kerk en stappen door de straten, waar de volgende staties zijn opgehangen. Bij elke statie houdt de tocht halt voor een bezinning over de voorgestelde lijdensscène in 17de eeuws Nederlands. De kruisweg eindigt omstreeks 21.30 uur in de Sint-Walburgakerk.
Neem je niet deel aan de vastenkruisweg uit belangstelling voor een mooie traditie. Dan doe je het om te treden in de voetsporen van onze Zaligmaker bij zijn weg van de Olijf- naar de Kalvarieberg.
Om de eerste kruisweg een plechtiger karakter te verlenen, gaan enkele leden van de Sodaliteit voorop met het vaandel van de Sodaliteit, omringd door enkele flambeeuwen. In hun voetsporen volgen de deelnemers. Dat is ook zo op Witte Donderdag, dan is er geen kruisweg om 20 uur, maar om 24 uur.
Op Goede Vrijdag vindt de plechtige slotkruisweg plaats. Weer gaan enkele leden van de Sodaliteit voorop met het vaandel van de Sodaliteit, omringd door enkele flambeeuwen. Na deze kruisweg wordt in de St.-Walburgakerk de reliek van het Heilig Kruis vereerd.
De data van de komende of lopende reeks openbare kruiswegen vind je hier.